Afwegingskader bescherming ASV’s

In de volgende figuur staat een afwegingskader, waarin de onderwerpen en vragen uit de voorgaande paragrafen zijn verwerkt in een stroomschema. Uitgangspunt bij het afwegingskader is dat de mate van bescherming een bepaald adaptief vermogen moet hebben. Dit betekent dat het beschermingsregime moet kunnen wijzigen wat betreft het daadwerkelijke gebruik/inzet van de voorraad, en ook met voortschrijdend inzicht wat betreft bedreigingen.

Het afwegingskader geeft weer welke processtappen moeten worden doorlopen om te bepalen welk beschermingsniveau voor de ASV's gewenst is. Daarbij worden voor twee soorten ASV's beschermingsniveaus onderscheiden, die aansluiten bij de bescherming van bestaande winningen.

    • Voor 'grote' ASV's, ofwel aangewezen gebieden die zo ruim van omvang zijn dat ze meer dan benodigde capaciteit kunnen leveren om de groei in de drinkwatervraag op te vangen, wordt tenminste bescherming middels zorgplicht geadviseerd, in combinatie met een risicoafweging voor nieuwe activiteiten / ontwikkelingen en een adaptieve benadering om het beschermingsniveau aan te scherpen waar nodig.

    • Voor ASV's die onderzocht en afgekaderd zijn en met zekerheid ingezet gaan worden als de drinkwatervraag stijgt, is een bescherming als boringsvrije zone of een grondwaterbeschermingsgebied passend. Deze afweging is vergelijkbaar met bestaande winningen en afhankelijk van o.a. de kwetsbaarheid en bodemopbouw (zie hiervoor 'Bepalen beschermingszones en kwetsbaarheid' en 'Bescherming in de diepte'.

Het specifieke beleid en beleidsregels per gebied worden vastgesteld per provincie en gelden zodra de locatie is vastgelegd in het provinciale beleid (zie hiervoor paragrafen 'Bepalen beschermingszones en kwetsbaarheid winning' en 'Bescherming in de diepte'). Andersom betekent dit dat zolang er geen locatie is vastgelegd (groot of klein) er geen bescherming plaatsvindt (anders dan de algemene zorgplicht) en het lastig kan zijn om middels het ruimtelijk ordenings-spoor ongewenste activiteiten te weren. Wel kan worden gestreefd naar zoveel mogelijk creëren en stimuleren van harmonierende functies (zie hiervoor paragraaf 'Realiseren ruimtelijk harmoniërende functies') en activiteiten die geen permanente ingrepen behoeven (en dus onomkeerbaar zijn zodra de drinkwaterwinning wordt ingericht). Dit alles vraagt een juiste inzet vanuit toezichtverlening en handhaving (zie hiervoor paragraaf 'Vergunningverlening Toezicht & Handhaving').

Voorbeeld Bescherming reeds aangewezen ASV in Utrecht

De provincie Utrecht heeft in 2014 diepe strategische grondwatervoorraden aangewezen en beschermd via haar beleid en de ruimtelijke verordening. In de strategische grondwatervoorraad gelden beperkingen voor bodemenergiesystemen (warmte-/koudeopslag) en aanvullende voorwaarden voor het benutten van aardwarmte (geothermie). Voor de strategische grondwatervoorraad geldt een ander en lager beschermingsniveau dan voor vergunde drinkwateronttrekkingen. Het beschermde gebied is ca. 33% van het oppervlak van de provincie. Dit geeft ruimte om nieuwe winningen te ontwikkelen waar de vraag naar drinkwater ontstaat, maar laat geen streng beschermingsregime toe. Als bijvoorbeeld blijkt dat het aantal geothermiesystemen sterk gaat groeien in de strategische grondwatervoorraad en de ruimte voor waterwinning te klein dreigt te worden, wijst de provincie in overleg met Vitens concrete locaties voor toekomstige waterwinning aan met aanvullende bescherming (functiescheiding met geothermie).

Bron: Drinkwaterstrategie Provincie Utrecht 2040

Figuur: Afwegingskader bescherming ASV's